Hoe helpt teamteaching om beter te differentiëren?
Kennis en voorbeelden
Differentiatie of het inspelen op verschillen tussen leerlingen kan leiden tot betere leerprestaties en een verhoogd welbevinden (Struyven et al., 2019). Onderzoek toont aan dat dit de meest voorkomende beweegreden is om te starten met teamteachen. Verder blijkt ook dat leraren effectief ervaren dat ze door teamteaching beter kunnen inspelen op de diverse noden van hun leerlingen.
Wat is differentiëren?
Binnenklasdifferentiatie is het proactief, positief en planmatig omgaan met verschillen tussen leerlingen in de klas met het oog op het grootst mogelijke leerrendement voor elke leerling op vlak van motivatie, leerwinst en leerefficiëntie (Struyven et al., 2019, p.22). Bij differentiatie stem je het lesontwerp af op de verschillen tussen leerlingen op basis van:
Interesses: door in te spelen op waarom iemand leert, zal de leermotivatie verhogen
Leerstatus: door in te spelen op wat iemand leert, zal de leerwinst groter zijn
Leerprofiel: door in te spelen op hoe iemand leert, zal het leereffect groter zijn
“Vroeger, als je alleen voor een klas stond, had je nooit echt de mogelijkheid om zowel de leerlingen die goed zijn in wiskunde uit te dagen als de leerlingen die extra uitleg nodig hebben voldoende te ondersteunen. Dat kunnen we nu wel. Iedereen krijgt les op zijn eigen tempo.”
Troeven van teamteaching om te differentiëren
Omdat je bij teamteaching met meerdere leerkrachten samen verantwoordelijk bent voor een klasgroep, heb je niet alleen meerdere perspectieven op de leerlingen, maar ook meer ervaring en kennis om effectieve werkvormen te ontwerpen.
Teamteaching biedt bijvoorbeeld kansen om te werken in kleinere groepen, met verlengde instructies en met een aanbod aan keuzes voor leerlingen. Door doelgericht de verschillende teamteachmodellen te selecteren voor een activiteit of les (zie teamteachmodellen en beslisboom) kan je beter afstemmen op de noden van je leerlingen.
Wil je meer lezen over differentiatie?
Lees het artikel van Katrien Struyven via deze link
Raadpleeg het Kenniscentrum - Kenniscentrum - Potential
Haal inspiratie op de website van Klascement Iedereen telt mee
Teamteachmodellen en differentiatie
Ondersteuningsmodel: Individuele leerlingen met specifieke noden kunnen in de klas extra ondersteuning op maat krijgen.
Voorbeeld 1: terwijl leerkracht 1 tijdens het kringmoment een verhaal voorleest aan alle kinderen, zit leerkracht 2 mee in de kring en helpt een aantal kinderen die snel afgeleid geraken hun aandacht bij het verhaal te houden, door nabij te zijn en hen een aantal ondersteunende prenten te tonen.
Voorbeeld 2: tijdens een klassikale instructie gegeven door leerkracht 1 ondersteunt leerkracht 2 enkele leerlingen individueel door vaktaalwoorden extra uit te leggen of de leerling in eigen woorden de instructie te laten herhalen.
“We hebben elk ons eigen onthaal. Juf Ellen doet meer met de gitaar en ik doe andere liedjes. Op woensdag en vrijdag hebben de kleuters de kans om vrij te kiezen bij welke leerkracht ze het onthaal volgen.”
Parallelmodel: Door te werken in twee of meer parallelle groepen kan je op verschillende manieren werken rond dezelfde inhoud en je aanpak aanpassen aan de noden van die specifieke leerlingen.
Voorbeeld: de grootste groep leerlingen werkt met een leerkracht aan rekenvaardigheden met behulp van o.a. concreet rekenmateriaal, terwijl de andere leerkracht enkele leerlingen met meer voorkennis extra uitdaagt met meer abstracte oefeningen.
Hoekenwerkmodel: Leerlingen kunnen in kleine homogene of heterogene groepjes aan de slag in verschillende hoeken. Terwijl ze zelfstandig werken in bepaalde hoeken, kunnen ze in andere hoeken op maat begeleid worden.
Voorbeeld 1: leerlingen kiezen zelf op welke manier ze leerstof van het thema verwerken. In de ene hoek maken leerlingen individueel een schrijfopdracht, in een andere hoek creëren ze in groep een dialoog en in een derde hoek wordt er creatief gewerkt met videomateriaal. Leerlingen kiezen op basis van hoe ze het best leren (leerstatus), in welke hoek ze aan de slag gaan. Er is steeds een leerkracht aanwezig in de hoek met videomateriaal. De andere leerkracht behoudt het overzicht over de rest van de klas en kan leerlingen extra ondersteunen.
Voorbeeld 2: leerlingen oefenen leesvaardigheid waarbij ze op basis van interesse in elke hoek een tekst over een ander onderwerp kunnen lezen. Beide leerkrachten bereidden twee teksten voor, waardoor leerlingen kunnen kiezen uit vier verschillende teksten.
Observatiemodel: Een leerkracht kan gericht enkele leerlingen observeren om hun interesses, leerstatus en/of leerprofiel in kaart te brengen, terwijl de andere leerkracht de klasgroep begeleidt. De leerkrachten kunnen o.a. deze observaties gebruiken om groepjes te vormen voor de volgende lessen.
Voorbeeld: tijdens een klassikale instructie gegeven door leerkracht 1, observeert leerkracht 2 gericht met behulp van een kijkwijzer en noteert in welke mate leerlingen zelfstandig aan de slag zijn en welke leerlingen nog nood hebben aan extra ondersteuning.
“We kunnen nu meer differentiëren. We differentieerden al met behulp van technologie. Dat werkt bij verschillende leerlingen, maar dat lukt niet voor alle leerlingen. Door te teamteachen kunnen we die twee combineren.”
Randvoorwaarden om succesvol te differentiëren
Om succesvol te differentiëren tijdens teamteaching is het belangrijk om de volgende voorwaarden in acht te nemen:
Leer je leerlingen breed kennen: Breng in beeld wat de interesses, leerstatus en leerprofiel van je leerlingen zijn. Teamteach je aan een grote groep leerlingen, dan vraagt het logischerwijs iets meer tijd om alle leerlingen te leren kennen. Bespreek regelmatig met je teamteachpartner de observaties over je leerlingen. Jullie verschillende perspectieven kunnen jullie beeld van de leerling rijker maken. Denk ook samen na wat een gepaste aanpak voor die leerling kan zijn. Probeer de afgesproken aanpak uit, evalueer samen en stuur bij.
Kies voor flexibele groepsindelingen: Groepeer leerlingen homogeen (gelijk) of heterogeen (gemengd) afhankelijk van het doel (zie beslisboom) en kies een gepaste aanpak voor elke groep. Pas je groepsindeling regelmatig aan, bijvoorbeeld op basis van interesses, zelfregulerende vaardigheden of andere variabelen in plaats van alleen voorkennis. Maak je groepsindeling dynamisch, want leerlingen en hun noden veranderen.
Gebruik infrastructuur optimaal: Denk bewust na over hoe je beschikbare infrastructuur kan inzetten om in te spelen op de verschillen tussen leerlingen. Waar kunnen leerlingen bijvoorbeeld in stilte zelfstandig werken? Waar kan 1 leerkracht verlengde instructie geven aan een kleine groep? Enzovoort.
Afsluitend kunnen we ook hier stellen: “de mix is de max”. Door op basis van je doelen te variëren in modellen, rollen en groeperingsvormen kunnen jullie het best inspelen op de noden van alle leerlingen.
“Het is wel goed die groepen, dat we op niveau zijn ingedeeld, zodat je op eigen tempo kan werken.”
Zoek je voorbeelden van hoe je via teamteaching kan inspelen op de noden van leerlingen? Via ons kennisplatform vind je praktijkgetuigenissen waarin collega’s van Wonderwijs, De Schuit, Vrije Centrumschool Marke, Atheneum Zottegem en College Hagelstein vertellen hoe differentiatie dankzij teamteaching vorm krijgt. Ook door de lesfiches kan je je laten inspireren hoe teamteaching eruit kan zijn.
Geraadpleegde bron
Struyven, K., Gheyssens, E., Coubergs, C., De Doncker, H., & De Neve, D. (2019). Binnenklasdifferentiatie in de praktijk. Ieders leer-kracht realiseren. Acco.